Forse weidevogel is de kievit
De kievit is een forse weidevogel van ongeveer 30 cm groot met een spanwijdte van 67 tot 76 cm. Het gewicht is tussen de 150 en 300 gram. Samen met de grutto verjagen zij roofvogels uit hun territorium.
Paars
De rug is in de zomer donkergroen met een paarse en koperen gloed, wat ook voor de bovenkant van de vleugels geldt tot aan het uiteinde met de witte toppen. In de winter is de rug groener met gelige randen aan de veren. De stuit is wit en heeft een zwarte vlek met een witte rand aan het uiteinde van de staart.
Kenmerkend zijn de brede vleugels en de relatief langzame, flappende vlucht. In de paartijd halen mannetjes acrobatische capriolen uit in de lucht. In Friesland heet dat "oer de wjuk gean", 'over de wiek gaan'.
Gedrag
De kievit komt in het najaar in grote groepen samen om naar het warme zuiden te trekken. Bij gevaar veinst een kievit een gebroken vleugel en probeert zo een naderende wezel, vos of hermelijn weg te lokken bij het nest.
Wormen
Het hoofdvoedsel van de kievit wordt gevormd door rode regenwormen. Daarnaast eten ze allerlei insecten en ook onrijpe zaden. De beschikbaarheid van wormen bepaalt ook hoeveel vogels zich kunnen vestigen in een bepaald gebied. Het broedseizoen van de kievit loopt van half maart tot in juli.
Foto's: Marcel Tettero